Is hij een doorgewinterde crimineel of een schrijnend slachtoffer van corruptie, macht en manipulatie? Hüseyin Baybasin zit sinds 27 maart 1998 gevangen. In diverse Nederlandse gevangenissen onder een veelal een zeer beperkt regime. En zonder uitzicht op vrijlating, want levenslang in Nederland is écht levenslang. Diverse mensen, waaronder voormalige gevangenisdirecteuren zoals Bart Molenkamp, oud-directeur van de EBI te Vught en Frans Douw, oud-directeur van de PI Zuyder Bos in Heerhugowaard, zijn overtuigd van zijn onschuld. Wim van der Pol en Klaas Langendoen (voormalig rechercheur) schreven een overtuigend boek over de héle zaak Baybasin, waarin op alle fronten het machtsmisbruik, de manipulatie en de oneerlijkheid in deze zaak wordt uitgelegd. Maar ook Hans van der Ven, voormalig hoofd signaalanalyse van de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst, en last but not least professor Ton Derksen, de man achter de herziening van het vonnis van Lucia de Berk, zijn overtuigd van de onschuld van Baybasin . Hij schreef daarover een aantal boeken waarin hij op overtuigende wijze aantoont dat het bewijs tegen Baybasin niet alleen vals verkregen is, maar ook inhoudelijk totaal onjuist. Een herzieningsverzoek bij de Hoge Raad is door Adele van der Plas, de nimmer aflatende advocate van Baybasin, voorzien van een overweldigende hoeveelheid nieuwe feiten en deskundigenrapportages. De advocaat generaal bij de Hoge Raad, mr. Aben, heeft zeven jaar(!) gestudeerd op dit verzoek en argumenten gevonden om de zaak zo te draaien dat de Hoge Raad dit herzieningsverzoek afwees. Professor Derksen zei over het onderzoek van mr. Aben: “Hij is óf heel dom (en dat is hij niet) óf heel slecht, de keuze is aan u.” 

Hüseyin Baybasin werd veroordeeld voor moord, het aanzetten tot moord, twee gijzelingen en een drugsdeal, dus voor het leiden van een criminele organisatie. Het is bijna ongelofelijk, maar ál de bewijzen in deze zaken worden uiterst zorgvuldig en vakkundig ontrafeld en weerlegd door Professor Ton Derksen. Het verweer van Mr. Aben, advocaat generaal bij de Hoge Raad, wordt door hem omschreven als “wegpoetsstrategieën”. In een gesprek wat ik met hem had, was hij heel duidelijk: “Aben líegt gewoon op diverse punten.”  Zonder hier op alle punten in te gaan, noem ik één heel cruciaal en duidelijk punt. In één van de vele telefoontaps, die overduidelijk gemanipuleerd zijn, zou Baybasin gezegd hebben: “You have to make him cold.” Dat wordt dan vertaald voor de rechtbank als “We moeten hem koud maken”. Naast het feit dat op de taps duidelijk te horen is dat hij iets anders zegt, namelijk “You have to make him call” (We moeten hem laten bellen!) is de uitdrukking “iemand koud maken” alleen in het Nederlands, wat Baybasin niet beheerst, een synoniem voor “vermoorden”. In het Engels bestáát zoiets eenvoudig niet.

En over de opdracht tot moord die hij zou hebben gegeven: In Turkse processtukken over de theetuinmoord wordt gemeld dat beide verdachten (aan wie Baybasin de opdracht tot moord zou hebben gegeven) worden vrijgesproken, respectievelijk niet vervolgd, wegens volledig gebrek aan bewijs. De vermeende moordenaars bleken dus onschuldig, maar de vermeende opdrachtgever kreeg in Nederland levenslang.

Op 6 mei heb ik een gesprek gehad met drie van de vier gevangenisdirecteuren, inmiddels met pensioen, waarvan enkele een gevangenis hebben bestuurd waarin Baybasin gevangen zat. Jacques van Huet, oud-directeur van de Penitentiaire inrichting (PI) Over Amstel, de Bijlmerbajes, Frans Douw, oud-directeur van PI Zuyder Bos in Heerhugowaard en Jos Poelman, oud-directeur van de Pompekliniek. Bart Molenkamp, oud-directeur van de EBI te Vught kon niet aanwezig zijn, maar met hem heb ik wel telefonisch gesproken. Ze zijn eenstemmig in hun overtuiging dat hier sprake is van een ernstige gerechtelijke dwaling. Een dwaling die mogelijk geen dwaling is, maar een bewuste actie, mogelijk politiek aangestuurd om afspraken met Turkije na te komen. Wellicht om mensen uit de wind te houden of andere zaken te verdoezelen. Al diverse malen stonden zij, vrij eenzaam, te demonstreren in Den Haag en te flyeren. Ze zijn overtuigd van de onschuld van Baybasin. Frans Douw zegt dat hij als directeur onderdeel was van het grotere systeem, waarin loyaliteit naar de hiërarchie de norm was. Daardoor worden waarden en normen geïnternaliseerd. Pas als je uit het systeem bent, met pensioen bijvoorbeeld, kom je daar los van. Als je erin zit en er tegen opstaat, is dat politieke zelfmoord. 

Wat is hier aan de hand? Hoe kan dit? Gebeurt dit écht in Nederland? Wij zijn toch een rechtsstaat waar we trots op mogen zijn. Dit soort dingen gebeurt alleen in “bananenrepublieken”, níet in de o zo keurige nederlandse gevangenissen. Het is bijna ondoenlijk om mensen zelfs maar een beetje aan het twijfelen te krijgen, om hun ogen te openen voor het feit dat óók Nederland zijn politieke gevangene heeft. Amnesty Nederland reageert geen enkele keer op mijn verzoeken hierover informatie te verschaffen. Politici duiken weg als het over deze zaak gaat.  Er waren enkele demonstraties waarbij de bovengenoemde directeuren hun nek uitstaken en bij  het parlement demonstreerden voor de vrijlating van Baybasin, flyers uitdeelden aan voorbijkomende kamerleden, maar zonder resultaat. 

Zelf heb ik diverse malen een bezoek kunnen brengen aan Hüseyin in de Schie gevangenis in Rotterdam. Ik had dit aangevraagd via de afdeling geestelijke verzorging en met enige moeite is dat ook gelukt. Op dit moment zijn deze bezoekjes weer verboden en probeer ik via de geëigende wegen weer toegang te krijgen. Nu breng ik hem weer af en toe een bezoek in de PI in Lelystad.  Ik kende Hüseyin alleen uit de verhalen, de boeken. Als ik hem voor het eerst ontmoet, ben ik onder de indruk van zijn verschijning. Is dit een man die al meer dan twintig jaar vastzit, zonder uitzicht op vrijlating? Krachtig, fier rechtop en met vriendelijke open ogen begroet hij mij. “You are most welcome, I like to see some people who are interested in me. How is your family?” Het is de vraag die hij elke keer als ik kom en soms als hij mij kan opbellen stelt. Hoe gaat het met jou! Hoe is het met je gezin, je kinderen, je kleinkinderen. Hij is een innemende man met veel interesse in de ánder. De manier waarop hij met de bewakers omgaat is uiterst correct en zelfs hartelijk te noemen. Maar ook principieel. Als we ineens tijdens een gesprek van kamer moeten wisselen (waarom eigenlijk?), weigert hij naar een andere spreekkamer te gaan. “Die is speciaal voor terroristen en ik ben géén terrorist.  Elke andere kamer is prima, maar niet de terroristenkamer”. Voor mij zit dan ook geen terrorist, maar een intelligente man met visie en geloof in de toekomst van zijn volk, de Koerden. Hij was mede-oprichter van het Koerdisch parlement in ballingschap in 1995 en ook vanuit zijn gevangenschap weet hij daarin een blijvende rol te vervullen.  Hij blijft optimistisch, actief, niet haatdragend en overtuigd van zijn zaak. “Men heeft mij opgesloten, maar mijn geest is vrij. Degenen die mij dit hebben aangedaan zijn gevangenen van hun eigen geest”  Dat is zijn overtuiging, en zo houdt hij het vol.

Wat doet dit nu met je rechtsgevoel, je vertrouwen in de rechtsstaat en daarmee dus ook je vertrouwen in veel mensen binnen die rechtsstaat? Een politieke gevangene houd je niet alléén in hechtenis. Daar is een netwerk van mensen voor nodig, die elkaar de hand boven het hoofd houden. Die wellicht “iets-van-elkaar-weten” waardoor ze elkaar gijzelen. En dan moet het wel gaan over politici, justitie, rechters, (hoge) ambtenaren, zij die “in hoogheid gezeten zijn”.

Ton Derksen: “Het is mogelijk en komt zelfs best veel voor dat  mensen onterecht vastzitten door misleidend bewijs. Dat is niet eens altijd kwaadwillig.  In mijn boek ‘onschuldig vast’ laat ik zien dat bij levenslang gestraften dikwijls ontlastend bewijs wordt weggelaten. Rechercheurs en Openbaar Ministerie, maar uiteindelijk ook rechters, zijn geneigd verdachten te behandelen als daders. Hij of zij heeft het gedaan, en daar gaan we bewijs bij zoeken. In diverse zaken heb ik aangetoond dat dit mechanisme heeft plaatsgevonden. (Puttense Moordzaak 2002, Schiedamse Parkmoord, 2004, Lucia de Berk, 2010, Ina Post 2010). Dat is over het algemeen geen kwaadwilligheid, maar eigenlijk – gek genoeg – juist goed bedoeld. We moeten toch een dader vinden en de burgers beschermen tegen gevaarlijke criminelen. Dus als we ‘zeker weten’ dat iemand het gedaan heeft zullen we dat bewijzen ook. Als er dan gegevens opduiken die ontlastend zijn voor de verdachte (dader) is men geneigd die weg te laten. Stel je voor dat een gevaarlijke crimineel niet veroordeeld wordt.  Bij herziening van zaken speelt een ander mechanisme, maar wel met hetzelfde oogmerk. Als te veel herzieningen worden toegewezen, zou de burger het vertrouwen in de rechtsstaat kunnen verliezen. Je kan dan blijkbaar zomaar onterecht veroordeeld worden! In beide gevallen ontstaat er een soort kokervisie, die kán leiden tot onterechte veroordelingen. Als dat maar in een paar procent van de gevallen gebeurt, leidt dit bij een enorme hoeveelheid strafzaken al tot veel onterechte veroordelingen. Helemaal uitsluiten kan wellicht niet, maar mijn passie is dit zoveel mogelijk te voorkomen, zeker bij levenslang gestraften. Het zal je maar overkomen. In het geval van Baybasin is er heel duidelijk nog iets anders aan de hand. Hoewel overduidelijk is aangetoond, dat het bewijs onterecht verkregen en zwaar gemanipuleerd is, blijkt de trein toch door de denderen. Dat frustreert mij enorm. Mr. Aben liegt, de Hoge Raad gaat mee, het systeem laat het erbij zitten. De rechtsstaat is in het geding! Nogmaals, fouten kunnen gemaakt worden, zijn bijna onvermijdelijk. Zelfs het niet inwilligen van een herziening kan voortkomen uit het juist willen beschermen van de rechtsstaat. Maar het bewúst liegen, het negeren van het bewijs van onschuld is een grove aantasting van de rechtsstaat, waarbij er meer moet spelen dan alleen eigenbelang. Natuurlijk is er ook eigenbelang. Mr. Aben wil graag in de Hoge Raad en het weerleggen van het herzieningsverzoek kan daaraan bijdragen. Maar hier speelt meer. Daar doen allerlei theorieën de ronde over. Ik doe niet mee aan die speculaties, maar die worden wel gevoed door deze valse, oneerlijke manipulaties.”

Een week later heb ik een gesprek met Adèle van der Plas, de advocate van Baybasin, die hem al jaren juridisch bijstaat. In haar ontmoet ik een gedreven vrouw, met grote verontwaardiging over het onrecht waar bijna niet tegen op te boksen valt. Haar werkkamer in een pand aan de Prinsengracht in Amsterdam staat vol met ordners. Echt vol, over vrijwel de hele kamer verspreid. Allemaal voor de zaak Baybasin. Andere zaken doet ze nog wel, maar feitelijk alleen om het kantoor draaiende te kunnen houden om zodoende Baybasin te kunnen blijven bijstaan. Want betalen kan hij niet, op al zijn geld en goed is beslag gelegd en er loopt zelfs een grote vordering van de staat op hem – een poging hem te dwingen te betalen voor de fouten die hém zijn aangedaan. Wat doet het met u en uw vertrouwen in de rechtsstaat, vraag ik haar. “Dat vertrouwen staat onder druk, zeker in deze zaak. Er zijn zoveel personen bij deze zaak betrokken dat je je afvraagt of het systeem nog wel werkt zoals het moet werken.  Als zó duidelijk is aangetoond dat al het verkregen bewijs onjuist, vervalst, gemanipuleerd is, wie werken daar dan allemaal aan mee? Hoe is het mogelijk dat we in Nederland een politieke gevangene hebben? We zijn juridisch bijna uitgeprocedeerd. Er zijn wellicht nog enkele (beperkte) mogelijkheden bij het Europese Hof. Maar wat Nederland betreft ligt de verantwoordelijkheid nu bij de overheid, de politiek. Zij zouden een diepgaand en onafhankelijk onderzoek moeten instellen. Maar dat lijkt dan ook weer bijna ondoenlijk. Wie moet daar opdracht voor geven. Wie moet dat uitvoeren.” 

De ex-directeuren zijn van mening dat er geluisterd moet worden naar klokkenluiders, dat de politiek aan zet is, dat de Tweede Kamer initiatieven zou moeten nemen om tot een onderzoek naar het reilen en zeilen van justitie te komen. De kans dat dat gebeurt achten zij niet groot. De noodzaak ertoe wel. Wil Nederland een rechtsstaat blijven, dan moet er wat gebeuren met diverse mensen die al jarenlang controle op het systeem uitoefenen en het tot een eng, gesloten systeem maken. Ook deze voormalig directeuren zien een uiterst negatieve rol van de eerder genoemde mr. Aben, Procureur Generaal bij de Hoge raad. Op de website van Restore Justice, beheerd door Jos Poelman, wordt een link gelegd met de “zaak Demmink”.  Jacques van Huet schrijft daar: “De directe aanleiding (om zich teweer te stellen tegen zijn oude werkgever) was de toetreding van voormalig Justitie-topambtenaar Joris Demmink tot het Nederlandse Helsinki Comité. Dat comité richt zich onder meer op het bestrijden van kindermisbruik. Ik ben er beroepshalve met oud-collega’s betrokken bij geweest. Toen ik hoorde dat nota bene de van kindermisbruik verdachte Demmink na zijn pensionering in 2012 tot het comité toetrad, sloegen bij mij de stoppen door. Ik vond dat ongehoord.”

De zaak lijkt op een dood spoor. Er wordt op Restore Justice niet veel meer geschreven. Maar in zijn cel in de gevangenis in Rotterdam zit nog steeds een man, ongebroken van geest, met bewogen interesse in zijn land, zijn volk, maar ook in de mensen om hem heen. Geen koele killer, maar een gedreven man, slachtoffer van een gerechtelijke dwaling. Meer nog, van politieke onwil, bewuste misleiding. Wie pakt de handschoen op? Het lijkt uitzichtloos, maar dat mag het niet zijn. Als Nederland een rechtsstaat wil blijven zullen we zaken als deze moeten oplossen en niet wegkijken. Een citaat uit het voorwoord van het boek “rammelende argumenten voor de Hoge Raad” van prof. Ton Derksen luidt: “Normaal gesproken horen politici zich niet te bemoeien met rechtszaken. In een democratie geldt immers de scheiding van machten en moet de rechter onafhankelijk kunnen opereren. In dit geval is er echter alle reden voor de politiek om wakker te worden, omdat de onafhankelijkheid van de rechtspraak zèlf in gevaar is en omdat in een goede democratie de verschillende machten elkaar horen te controleren.”